Het atelier, gelegen in Beringen, wordt zo de derde en grootste vestiging van Woodfactory in Vlaanderen. Een deelinitiatief van oprichter Carl Denecker, waarbij coworken met hout centraal staat.
“Of je nu een beginnend zelfstandig keukenbouwer bent die nog niet over de nodige machines en ruimte beschikt, of een absolute beginner die zijn eerste bijzettafeltje wil leren maken. Iedereen kan zowel ruimte als machines huren door middel van een abonnementsformule of meerbeurtenkaart”, legt medebestuurder Veronique Houben uit.
“Na het succes van de eerste twee vestigingen in Torhout en Gent, zijn we blij dat we ook Limburg kunnen laten kennismaken met Woodfactory. Een initiatief dat niet alleen de houtambacht weer helemaal doet opleven, maar ook perfect past binnen de deeleconomie die overal ter wereld opduikt.”
“Wat Woodfactory Beringen als extra meerwaarde biedt, is dat al onze huidige houtbewerkingsmachines beschikbaar zullen blijven voor toekomstige huurders. Ook het zwaardere materieel, zoals onze CNC-machines en kantenverlijmer. Deze machines worden wel in alle veiligheid door onze eigen mensen bediend.”
Daarnaast zet Woodfactory Beringen ook in op verschillende maatschappelijke samenwerkingen, benadrukt Veronique Houben. “Zoals met vzw k.ENTERWERK, dat nieuwe uitdagingen schenkt aan jongeren die moeilijk aarden achter de schoolbanken. Of het Diestse Kwartiermakerij, dat aan mobiele, houten ontmoetingsplekken bouwt. Ook in de toekomst blijven we uitkijken naar initiatieven met grote meerwaarde op sociocultureel vlak.”
“Doordat we de eigen interieurbouwactiviteiten de afgelopen jaren stilaan hebben afgebouwd en vandaag meer en meer toevertrouwen aan sterke externe partners, kwamen we steeds meer met een overschot aan ruimte en machines te zitten. We zijn blij dat we op deze manier ons atelier weer helemaal nieuw leven inblazen. Zo staan ook workshops en specifieke houtopleidingen zeker nog op het programma.”
“En ook wij als bouwbedrijf zullen trouwens gebruik blijven maken van ons eigen deelatelier, onder meer voor de bouw van kleine houtconstructies voor onze bouwwerven”, besluit Veronique Houben.